vso? neen, bedankt!

Aan één (r)evolutie is het college ontsnapt: VSO (Vernieuwd Secundair Onderwijs). Het scheelde echter slechts een haartje! De voorbode van het Vernieuwd Secundair Onderwijs was het 'docimologisch experiment', opgestart in 1972-1973. Leraars zouden gedifferentieerd moeten les geven volgens aanleg en geaardheid van elke pupil. Het kwam er daarbij op aan een aantal sociale en intellectuele houdingen te selecteren als criteria bij de differentiatie. Op de studiedag van 05.02.1973 werden onze normen voorgesteld, het resultaat van ettelijke vergaderingen, werkbezoeken (Zoutleeuw) en cursussen (Heverlee). Zij behelsden 3 leerattitudes (leergierigheid, ordelijkheid, inzet) en 2 sociale attitudes (hulpvaardigheid, houding en taal). De evaluatie hiervan, het dagelijkse werk en de syntheseproeven - het woord 'examens' was al bijna begraven! - zouden de basis vormen voor het oordeel over de leerling. Tussendoor had iedereen ook de mond vol over didactische en methodische vernieuwingen als groepswerk, projectonderwijs, persoonlijke dossiers. Heel mooie woorden... maar in 1975-1976 werd de docimologie toch afgevoerd. Leraren leerden (?) er alleen bladzijden wortelvreemde pedagogentaal bij. 

VSO stond daarmee echter niet buiten spel. De studiedag van 08.02.1980 was volledig gewijd aan de filosofie en de praktijk van type I ofte VSO. Alle leraars van het vrij onderwijs regio Tienen mochten er o.a. luisteren naar de profetische taal van de heer Standaert, één der nationale voorvechters. Op de personeelsvergadering van 02.03. 1982 scheen het verdict gevallen: het Tiense vrij onderwijs zou op 1 september 1983 overstappen naar het Type 1. Er werden werkgroepen gevormd om de overschakeling operationeel te maken. Klasseraden waren al opgenomen in de opdracht van de leraars (1982-1983 tot 1987-1988). Zij dienden evenwel meer om leraarsfuncties veilig te stellen dan voor het goed van de leerling.

De controverse tussen voor- en tegenstanders van VSO zwol evenwel in die mate aan dat het directiecomité op 4 oktober 1982 besloot de onmiddellijke voorbereiding stop te zetten. Zulks gebeurde zonder ruggespraak met vicaris Peeters en tegen het standpunt in van Immaculata, waar men pro was. In dit comité, voorgezeten door de directeur van de KNT, F. Craeninckx (in 1972-1973 even interim-bestuurder van het college), hield men het been stijf. De feiten stelden hen in het gelijk. Het St.-Annabesparingsplan van de regering, de beroering in de onderwijswereld en het failliet van de nieuwe methodiek in vele instituten hebben het VSO definitief de das omgedaan.

Het O.-L.-Vrouwecollege vaarde er wel bij. De voorkeur van de ouders voor Type II, het gemengde onderwijs en de goede reputatie van het grote en het kleine college hebben het stagnerende leerlingenaantal van de jaren zeventig omgebogen en opgedreven van 748 (1979-1980) tot 976 in het eeuwfeestjaar. In het 101ste jaar wacht ons een nieuwe uitdaging: het eenheidstype... Geen experiment!

© kvr