Bunsbeek heeft mooie voetbaljaren gekend.
De allermooiste waren misschien wel de tien jaren met Norbert Depotter aan het roer en met
Michel Bruyninckx, zijn eerste adjudant, als jeugdtrainer. Niet alleen was er een
fantastische groepsgeest, er kwamen ook prachtige resultaten. Bunsbeek speelde kampioen en
promoveerde naar Derde Provinciale. Bunsbeek won tornooien aan de lopende band, in Assent,
in Tienen, ... wat Albert Bers, coach van de nationale militaire ploeg, deed zeggen:
"Bunsbeek is voetbaltechnisch klaar voor Eerste Provinciale!". Het was de tijd
toen Houtem feest vierde als het in Bunsbeek met slechts 10-0 verloor, dat de Uefa's van
Diest (met kleppers als Bruno Versavel!) hier met 15-0 naar huis werden gestuurd!
Michel Bruyninckx ontpopte zich tot de ideale jeugdtrainer. Van in zijn wieg moet hij
iets speciaals hebben meegekregen, want hoewel zelf een meer dan verdienstelijk
voetballer, vond Michel zijn ware roeping in het opleiden van jongeren. Lic. L.O. Norbert
Depotter had het goed gezien! Hij gaf zijn jeugdtrainer boeken mee en stuurde hem met
theoretische en praktische wenken, hij liet hem eindwerken van het regentaat lezen, enz...
Michel werd leraar moderne talen en kon zijn didactische ervaring zeer goed aanwenden op
de trainingen. Hij volgde ook de gespecialiseerde opleiding trainer-coach aan de Genkse
trainersschool en is op dit ogenblik één van de meest complete jeugdtrainers van het
Vlaamse gewest!
Michel trainde de jeugd van Bunsbeek, van Tienen, van Glabbeek, van Sint-Truiden, van
Hoegaarden... telkens met knappe resultaten. Hij werd opgemerkt door Standard en
gepromoveerd tot sportief verantwoordelijke van het nieuwe Opleidings- en
Recruteringscentrum in Lummen. Michel bouwde er de jeugdopleiding zo overtuigend uit dat
hij nu 3 centra beheert: Lummen, Oplinter en Bree. Er kwam belangstelling voor zijn aanpak
uit binnen- en buitenland. Michel kreeg voorstellen van o.a. Beveren en PSV maar het was
tenslotte Anderlecht dat zich met zijn kennis en kunde in de toekomst zal verrijken.
Michel werd aangeworven voor de Technische Staf Jeugd Anderlecht (leiding: Fred Courant)
en blijft verantwoordelijk voor de opleidingscentra in Brabant en Limburg.
BOK:
Proficiat, Michel! Je hebt het ver gebracht!
Michel:
Vind je? Och, alles is zo relatief... Ik ben zeer tevreden, hoor, daar niet van! Omdat ik
mijn eigen ideeën kan uitwerken. Ik ben altijd gepassioneerd geweest, altijd bezig
geweest met jeugdvoetbal, en het ziet er naar uit dat ik dat kan blijven doen. Voor
Anderlecht werken is natuurlijk het summum dat men in dit land kan bereiken: het is een
perfect georganiseerde club die vooral de jeugdwerking nog beter wil uitbouwen. Anderlecht
gaat in Neerpede een volledige voetbalschool inrichten, met internaat, eigen leerkrachten,
... Want het is slecht gesteld met de fysieke conditie van onze jeugd - dat weet onderhand
iedereen wel! Men kan het de jeugd niet kwalijk nemen, als je de rijen vaders en moeders
aan de schoolpoort ziet die zoontje-lief komen afhalen met de wagen, of de vaders die de
sporttas van hun zoon naar de training dragen... Onze jeugd is overbeschermd en veel meer
bewaakt dan vroeger: in bomen klimmen is er niet meer bij!
BOK:
Wat is er zo speciaal aan uw aanpak?
Michel:
Vertrekken van het respect voor kinderen... En ik heb nooit willen meedoen aan saai
voetbal. Ik spiegel mij aan Ajax: met de jeugd speel ik nooit verdedigend. Dat Debilde de
Gouden Schoen kreeg is een duidelijk signaal: men is uitgekeken op het voetbal oude stijl,
men wil terug attractief voetbal! De kunst is: je moet de jeugd structuren geven en dan
worden ze vanzelf inventief. Met de jeugd alleen maar resultaat spelen is nefast! Ik
geloof in spelvreugde, in afwisseling, in formules waar profs en jeugd samen op het veld
staan. Ik ga met de jeugd naar sporthallen, ik geef trainingen voor Uefa's en miniemen
samen! De miniemen leren veel bij want ze spelen met knapen die hen iets laten zien, en de
oudere jongens tonen zich van hun beste zijde en hebben plezier!
BOK:
Waarover is Michel Bruyninckx fier?
Michel:
Ik heb mij steeds verzet tegen elitair gedoe... Ik ging van Tienen naar Glabbeek om de
jeugd te trainen. In Tienen had ik een miniemenploeg getraind die kon wedijveren met de
besten van 't land! Ik vertrok dus vanuit een zeer luxueuze situatie naar een
"boerendorp" en ik herinner mij nog dat ons "boerenploegje" de
voorwedstrijd KVK Tienen-Stade Leuven mocht spelen. Bij het zien van onze primitieve
uitrusting reageerden sommige Tiense bestuursleden nogal "hautain". We gingen
ook de boot in, maar ik zwoer: "Hier kom ik terug om Tienen een les te leren!"
en hetzelfde gebeurde! Vijf jaar heb ik in Glabbeek keihard gewerkt om de kinderen vanuit
de modder op te leiden naar een hoger niveau. We werden kampioen met 228 doelpunten: een
gemiddelde van 12 doelpunten per wedstrijd! Ik denk dat dit enig is in de geschiedenis van
het Belgisch voetbal... Wij wonnen soms met 25-0, of 23-0, of 15-0... en we veegden ook
Tienen van de kaart! Sterker nog: in mei kwam Anderlecht naar Glabbeek - keurige jongetjes
in een mooie training, met begeleiders en een grote voorraad ballen. Er was een
recordaantal toeschouwers... om te zien hoe Anderlecht met 6-0 verloor! Gerard Troch, de
jeugdtrainer van Anderlecht, is er nog altijd niet goed van: "Dat hebben we in heel
ons bestaan niet meegemaakt!"
In 1989 richtte ik de Indoorcup in, in Veiling Demerland. Vierentwintig jeugdploegen
schreven in: met 80 helpers - aspirant-regenten o.a. - waren we drie dagen in de weer. Op
één dag werden alle wedstrijden gespeeld. Er waren steeds vier ploegen tegelijk aan het
werk. Op het eind van de dag waren we slechts 8 minuutjes over tijd en hadden we 100.000
fr. verdiend waarmee het tweede veld van Glabbeek werd ingericht!
BOK:
Van Glabbeek ben je naar Sint-Truiden gegaan...
Michel:
Ja. Ik werd jeugdcoördinator van Sint-Truiden onder Walter Meeuws. We haalden goede
resultaten en ik beleefde veel plezier met de jongeren. Truienaars zijn "een ras
apart": als je erbij hoort kan het niet op. Ik durfde mij in die tijd niet op de
markt laten zien want er stonden direct 24 pinten klaar! Het tweede jaar trainde ik de
nationale miniemen... maar ik werd manipulaties gewaar... Sommige ouders kochten een
plaats voor hun kind: dokters, advocaten, die 50.000 fr. gestort hadden voor de VZW
Jeugdwerking... Ik wou echter niet dat een kind van een arbeider achteruit moest voor de
zoon van een dokter. De kinderen vochten voor mij, maar ik werd aan de kant gezet! En dan
ben ik naar Hoegaarden getrokken.
BOK:
En naar Standard Luik!
Michel:
Klopt. Standard wilde zijn Limburgse spelers in hun eigen milieu opleiden en engageerde
mij daarvoor. Zo begon ik in Lummen het "Opleidings- en Recruteringscentrum"
voor Standard. Ik had wel mijn voorwaarden gesteld: geen elitair gedoe - ook de zgn.
"minder goeden" moesten er aan hun trekken komen! Het werd een succes over de
hele lijn. Van 30 jonge spelertjes ging het snel naar de 150 die nu de trainingen volgen.
Van de 80 spelers die vorig jaar alle trainingen volgden zijn er al 28 in het provinciale
en nationale voetbal geraakt na 1 jaar opleiding... Standard is een topclub maar de
administratie is er vreselijk chaotisch...
BOK:
Vandaar de overstap naar Anderlecht?
Michel:
Ja! Anderlecht... We zullen zien wat het wordt... Wat mij bijzonder bevalt is de
luisterbereidheid van mensen als Verschueren en Vanden Stock. Dat zijn de echte grote
mijnheren van het Belgisch voetbal en toch lopen die niet naast hun schoenen van
pretentie. Als iemand als Verschueren tegen mij zegt: "Michel, jij bent nog één van
die mensen die 'begeistert' zijn!", dan vind ik dat een echt compliment...
Michel zal nog complimenten krijgen. Hij verdient ze! Bunsbeek zal
nooit vergeten hoe hij hier zeven jaar gratis de jeugd trainde, kinderen op zijn fiets
naar huis bracht, gepassioneerd duizenden voorbereidingen maakte en schitterde als speler
en kapitein van de ploeg. Wij wensen hem veel succes toe in zijn nieuwe werkmilieu en veel
geluk met zijn lieve vrouw, zijn knappe zonen Chris (16) en Bart (15) - allebei nationale
voetbalbeloftes! - en met... de baby!
|